Het verbaast me hoe de iconografie van ‘WO I meelzakken’ vragen blijft oproepen.
Kijk maar eens naar deze ‘Dame Belgica’, geschilderd rond 1915 op een Canadese meelzak. Zij kijkt stoer en onverzettelijk de wereld in; houdt stevig met uitgestrekte armen de Belgische vlag in handen.

Amai, deze Dame bevindt zich niet in één Belgische privécollectie maar in twéé: er is een vrijwel identiek exemplaar in een andere privéverzameling, ook op Canadese meelzak en daterend van rond 1915. Alleen de Belgische vlag achter de Dames wappert op andere wijze.

De handtekeningen van de schilder of schilderes ontbreekt, dus vraag ik me af of de scheppers van de Dames elkaar kenden, of misschien in dezelfde (schilder)klas hebben gezeten?

De Dame op zak die tegenwoordig huist in Dendermonde, is ooit overgekomen, tezamen met een aantal andere beschilderde meelzakken, uit een galerie in Brussel.
Waarschijnlijk zullen de dames in de Belgische hoofdstad ontstaan zijn.
Schilderen op zakken lijkt een eenmalige gebeurtenis te zijn geweest voor de meeste Belgische kunstenaars. Ze werden uitgenodigd mee te doen aan lokale liefdadigheidsacties, omdat de gevulde zakken meel van december 1914 tot mei/juni 1915 uit de VS en Canada ook uit liefdadigheid bij de Belgische bakkers gearriveerd waren. Het was de Noord-Amerikaanse weldaad van overzee, de voedselhulp, die beantwoord diende te worden met eigen Belgische weldaden.
Wereldtentoonstellingen als inspiratiebron voor meelzakken
Eureka! De kunstenaars vonden inspiratie voor afbeeldingen in de beeldtaal van de vele wereldtentoonstellingen die het rijke België hield in het decennium voor de oorlog: Luik 1905, Brussel 1910, Gent 1913 [1].

Onze Dames Belgica blijken exact nageschilderd van de originele affiche van de Wereldtentoonstelling te Brussel in 1910: ‘Exposition de Bruxelles 1910‘ (Ets. Jean Malvaux[2]).
Er was ook een zegel van de wereldtentoonstelling met deze Dame.

Was zij Dame Belgica? Of representeerde zij ‘Dame Bruxelles’?

Mijn oog valt op een merkwaardig detail op affiche en zegel: er hurkt een bruin gevleugeld personage op de rode vlag achter de oranje rokken… hij steekt zijn sabel in een zwart duiveltje, dat met twee ogen de verte in loert… Een vleermuis, een duivel, een draak, als attribuut voor Dame Belgica?
Ik word snel uit de droom geholpen: het is de vlag met het wapen van Brussel en toont de patroonheilige Sint Michaël die de duivel verslaat!
De Dames op de meelzakken ontberen Sint Michaël en het duiveltje, da’s jammer…
Personificatie
De fiere Dame Belgica in oranje gewaad op meelzak nodigde uit tot onderzoek naar het fenomeen van ‘personificatie’.

Even googlen en de beelden en betekenissen rollen over mijn scherm. Wikipedia zegt over personificatie: “Een personificatie in de beeldende kunst is het weergeven van een abstract begrip in een menselijke of antropomorfe gedaante.

De personificatie is meestal een vrouw omdat de Latijnse namen voor de abstracte begrippen vaak vrouwelijk zijn. De personificatie heeft bijna altijd een of meerdere attributen bij zich waaraan het te herkennen is, soms zijn dit zelfs uiterlijke kenmerken.”
Afbeeldingen van ‘nationale personificaties‘ vullen het internet; de beeldtaal is onderhevig geweest aan de tijdgeest. Het zijn meestal vrouwen met soms bizarre attributen.


Al eerder kwam ik de personificatie van Amerika tegen op de meelzak ‘Belgian Relief Flour‘ van Michigan Milling Co. Joseph Dierickx schilderde haar als voedende moeder.
Dame Belgica in Schotland?
Geschiedschrijving over WO I en nationale personificatie blijft vragen oproepen. Ik tuimel via de Schotse hulp aan Belgische vluchtelingen, beschreven in Edinburgh, in de archieven van de Belg Charles Sarolea (Tongeren 25.10.1870 – Edinburgh 11.03.1953). Hij was echtgenoot van Marthe Angélique Hippolyte Marie Van Cauwenberghe (1874-1901; x1895) en van Julia Frances Dorman (1861-1941; x1905).
Hij werkte als docent aan de universiteit van Edinburgh sinds 1894 en was vanaf 1908 tot zijn dood de Belgische Consul in Edinburgh. Van 1912 tot 1917 was hij hoofdredacteur van het blad ‘Everyman’, een literair tijdschrift dat wekelijks verscheen. In 1915 stuurde de Belgische regering Sarolea op missie naar de VS; zijn taak was om de Amerikanen op diplomatieke wijze te doordringen van de wandaden van Duitsland in bezet België. Sarolea keerde zich echter publiekelijke en expliciet tegen de Amerikaanse neutraliteit in de oorlog, zodat zijn missie een mislukking was.
Daarmee blijkt toch weer dat Lalla Vandervelde haar missie in Amerika briljant heeft uitgevoerd!
Sarolea steunde de Belgische zaak via de ‘Everyman’ Belgian Relief and Reconstruction Fund. In zijn archieven in Edinburgh University Library & University Collections bevindt zich ook een pamflet van ‘Scotland’s National Appeal’ voor ‘The Belgian Refugees, 1915’.

In beeld: een dame in wit gewaad, personificatie van ‘Scotland’ strekt haar armen uit, zij roemt ‘Belgium’s Heroism’. De Belgische vlag wappert achter haar; een soldaat steekt met de scherpe punt van de vlaggenstok in op de Duitse adelaar.
Iconografisch doemt de vergelijking op met de heilige Sint Michaël die de duivel verslaat!

‘Wartime propaganda’ …
In het blog “Charles Sarolea and his relief effort for Belgium during the War. Relief for Belgium… offers of aid from all over Scotland” van 9 maart 2015 staat abusievelijk vermeld dat de vrouwelijke witte verschijning op het pamflet uit 1915 ‘Dame Belgica’ zou zijn. Het woord ‘Scotland’ staat echter in haar japon geschreven en het symbool van de witte roos siert haar kledij; het lijkt mij toe dat hier afgebeeld staat ‘Lady Scotland’.
Conclusie
Dankzij de Dame Belgica, beschilderd op meelzakken, heb ik de patroonheilige van Brussel leren kennen én ik weet hoe Dame Belgica te onderscheiden van haar soortgenoten in andere landen.

Dank aan:
– Jan Derynck, beheerder van de Facebook-groep Lizerne Trench Art (LTA). Zijn posts en herhalingsberichten voor de leden van de groep geven inspiratie en vormen aanleiding tot nader onderzoek van de WW I meelzakken;
– Hubert Bovens om mij uit de droom te helpen over het beeld van Sint Michaël en de duivel op de wereldtentoonstellingsaffiche.
[1] Voor andere inspiratiebronnen van de wereldtentoonstellingen: zie mijn blogs: Van Lewis Richards via Berthe Smedt naar Antoine Springael (Brussel 1910) en Een geborduurde Paaszak in Gent: hulp aan de krijgsgevangenen (Gent 1913).
[2] Etablissement Jean Malvaux in Brussel-Molenbeek was een vooraanstaand bedrijf in fotogravures en produceerde de affiche.

– Er was een affiche ‘Exposition de Bruxelles 1910. Congres des Commerçants et les Commerçantes de Belgique – Bruxelles, 17 et 18 août 1910’.
Of en hoe het congres van de kooplieden op 17 en 18 augustus heeft plaatsgevonden tijdens de wereldtentoonstelling is maar de vraag. De nacht van 14 op 15 augustus 1910 brak er brand uit; vele gebouwen en paviljoens gingen in vlammen op. Hoe de organisatie er daags daarna aan toe was, laat zich raden (Le Livre d’Or de l’Exposition Universelle et Internationale de Bruxelles en 1910 publié sous les auspices du Comité Exécutif par Em. Rossel).

– Er was een affiche ‘Exposition de Bruxelles 1910. Chemin de Fer de l’Etat Belge‘