Van Lewis Richards via Berthe Smedt naar Antoine Springael

Een inkijkje in mijn onderzoeksdag van donderdag 13 maart 2019.
Ik ben op zoek naar de connecties in Brussel van Lewis L. Richards, medewerker van de Commission for Relief in Belgium (CRB).
Lewis Richards, medewerker CRB van 1915-1919. Foto: MSU Archives website

Richards kwam uit Michigan, VS,  lees ik op de website van de Michigan State University Archives, hij was musicus, pianist, een Amerikaan die studeerde aan het conservatorium in Brussel. Hij studeerde cum laude af en vond er ook de liefde van zijn leven.

In Brussel ontmoette hij Berthe Smedt, dochter van Emilie Schamps en Charles Smedt, de restauranthouder van Grand Restaurant de la Monnaie in Rue Léopold 7-13, net achter de Munt.
Berthe Smedt en Lewis Richards op hun huwelijksdag. Foto: MSU Archives website
In 1908 zijn Lewis (Lewis Loomis Richards, geboren in Sint Johns, Clinton County, Michigan, op 11 april 1881, overleden in Michigan in 1940) en Berthe (Berthée Emilie Smedt, geboren in Brussel op  19 juni 1884 ) in Brussel getrouwd.
Trouwens, mijn grootouders Van Kempen zijn ook getrouwd in 1908. Een grappige overeenkomst die de geschiedenis voor mij levend maakt.
De bruidsfoto van Berthe toont een ‘wolk’ van een huwelijksjapon. Stel dat die bewaard is gebleven, wat een weelde spreekt er uit de foto!
De moeder van Berthe, Emilie Marie Jeanne Schamps, was geboren in Brussel op 25 september 1856. Charles Smedt (geboren in Brussel, 24 december 1852, overleden op 30 januari 1911, van beroep slager, daarna restauranthouder) runde vanuit Grand Restaurant de la Monnaie tijdens de Wereldtentoonstelling van 1910 in Brussel ook daar een restaurant, een ‘succursale’ onder de naam ‘Chien Vert’.
Wereldtentoonstelling Brussel 1910*)
Het fenomeen Wereldtentoonstelling 1910 verbaast me door de schaal en is enige verdieping waard. Het tentoonstellingsterrein was 88 hectare groot, 26 landen hadden er een paviljoen en het trok 13 miljoen bezoekers. Geen wonder dat Restaurant du Chien Vert gevestigd is in een monumentaal pand. Toch heeft dat maar voor zes maanden dienst gedaan.
Ik stel me zo voor dat Lewis Richards in het restaurant van zijn schoonvader zal zijn opgetreden in sfeervolle concerten.
Het Paviljoen van restaurant ‘Chien-Vert’ (‘Groene Hond) tijdens de Wereldtentoonstelling 1910 in Brussel
Foto’s van de Wereldtentoonstelling zijn op ansichtkaarten gezet en waren verzamelobject. Via de website ‘La Belgique des Quatre Vents’  krijg ik een goede sfeerimpressie van de ‘Exposition Universelle de 1910 a Bruxelles et Tervueren’.
Affiche voor de ‘Optocht der Seizoenen’, ontwerp van Antoine Springael, 1910

Bij deze affiche  blijft mijn blik hangen. Die dame in het midden herken ik…

Zij staat op een Meelzak!
Ik duik in mijn foto-archief en vind de beschilderde Meelzak van Antoine Springael in de ‘Moulckers Collection’.
Beschilderde Meelzak, Antoine Springael, 1915
Wat een vondst. Antoine Springael tekende het affiche voor de ‘Cortège des Saisons’ in juli 1910 en later, in 1915, zette hij deze Godin van de Zomer op de Meelzak van de American Commission!
Wel grappig om de warme kleuren van de uitnodigende affiche af te zetten tegen de wat rommelige  zwart-wit foto op de ansichtkaart van het daadwerkelijke Cortège des Saisons.
‘Optocht der Seizoenen’ tijdens de Wereldtentoonstelling 1910 in Brussel
Nu verder met Berthe Smedt en Lewis Richards.
Lewis speelde in zijn werk voor de CRB (officieel vanaf januari 1915) in Brussel een rol bij de verkoop van Versierde Meelzakken aan Amerikanen die hulpgoederen kwamen brengen.
Fragment uit het Report van de Miller’s Belgian Relief Movement door M. Edgar, 1915

Mr Edgar van ‘The Miller’s Belgian Relief Movement’ heeft in maart 1915, deze maand 104 jaar geleden, een bestelling gedaan van geborduurde Meelzakken. Ik schreef er over in mijn blog ‘Een Bekende Vlaamse Meelzak in het Land van Nevele’.

Bedankbrief namens de Britse vorstin, 1917

In 1917 werkte hij voor CRB in London en verkocht twee Belgische kanten kussens aan de Britse Koningin.

 

Kortom, Lewis Richards was een man van standing, leefde in 1914-1915 in Brussel, kende de gegoede kringen in Brussel van binnenuit, sprak de taal van zowel Belgen als Amerikanen. Hij heeft geweten hoe het zat, de ontstaansgeschiedenis van de Versierde Meelzakken…

Informatie over het werk van Richards voor de CRB vind ik in diverse bronnen:
1) Hugh Gibson, secretaris van de Amerikaanse ambassade in Brussel schrijft in ‘A Journal from our Legation in Belgium‘, 1917 (blz. 342-344):
“Christmas 1914.- Immediately after lunch we climbed into the big car and went out to Lewis Richards’ Christmas tree. He has a big house at the edge of town, with grounds which were fairy-like in the heavy white frost. He had undertaken to look after 600 children, and he did it to the Queen’s taste. They were brought in by mothers in bunches of one hundred, and marched around the house, collecting things as they went. In one room each youngster was given a complete outfit of warm clothes. In another, some sort of toy which he was allowed to choose. In another, a big bag of cakes and candies, and, finally, they were herded into the big dining-room, where they were filled with all sorts of Xmas food. There was a big tree in the hall, so that the children in their triumphal progress, merely walked around the tree. Stevens had painted all the figures and the background of an exquisite creche, with an electric light behind it, to make the stars shine. The children were speechless with happiness, and many of the mothers were crying as they came by.
Since the question of food for children became acute here, Richards has been supplying rations to the babies in this neighbourhood. The number has been steadily increasing, and for some time he has been feeding over two hundred youngsters a day. He has been very quiet about it, and hardly anyone has known what he was doing.
It is cheering to see a man who does so much to comfort others; not so much because he weighs the responsability of his position and fortune, but because he has great-hearted sympathy and instinctively reaches out to help those in distress. Otherwise the day was pretty black, but it did warm the cockles of my heart to find this simple American putting some real meaning into Christmas for these hundreds of wretched people. He also gave a deeper meaning for the rest of us.”
2) Tracy B. Kittredge beschrijft  Lewis Richards als een van de meest waardevolle medewerkers van de CRB.  Citaat van blz 283 uit ‘The History of The Commission for Relief in Belgium 1914-1917‘:
“…in January 1916… was succeeded as general secretary by Mr. Lewis Richards, who had organised the Commission’s work in Greater Brussels. It was Mr. Richards who had devised and put into operation the card catalogue of the population of Brussels which had made possible the checking of the bread distribution and the combing out of some 150,000 extra rations of flour which had been distributed to bakers who had fraudulently padded their lists. Mr. Richards, after performing this service in Greater Brussels, had gone to Northern France in April 1915 as chief representative for the most important French district, that of the north, with headquarters at Valenciennes. After a few months there he went to Holland, where he helped in the Rotterdam office until Hoover asked him to return to Brussels to become general secretary. He remained at this post until July 1916, when he went out to Rotterdam again, this time to become assistant director of the Commission’s office there. Almost a year later he was called to London as assistant director of the central office of the Commission, in which capacity he is still serving. Mr. Richards, because of his experience and personal qualities, proved throughout his whole service to be one of the most valuable of the Commission’s representatives.”
3) In juli 1919 verschijnt er een lovend artikel over het CRB-werk van Richards in The San Francisco Call and Post.
Michigan State University, East Lansing, Michigan
Voorzover er een persoonlijk archief van Lewis Richards is,  is die te vinden in de archieven van Michigan State University in East Lansing, VS.
Lang geleden, in 1981, was ik daar op vakantie om studievrienden te bezoeken die ik had leren kennen bij het vak ‘Amerikaans Recht’ tijdens mijn rechtenstudie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Weinig kon ik toen bevroeden dat ik later zou wensen in East Lansing te zijn in mijn zoektocht naar Versierde Meelzakken.
Daarom begin ik vandaag een nieuwe onderzoeksdag, dichterbij, op zoek naar de geschiedenis van de familie Smedt, dochter Berthe en schoonzoon Lewis Richards in Brussel!
*) Na de Eerste Wereldoorlog is op het terrein van de Wereldtentoonstelling Brussel 1910, ‘Solbosch’,  de universiteit ULB gevestigd. Mogelijk gemaakt met geld overgebleven uit de samenwerking van het Comité National de Secours et d’Alimentation en de Commission for Relief in Belgium. Zie het interview van La Pensée et les Hommes met Serge Jaumain, vice-recteur aux relations internationales de l’ULB. Présentés par Jacques Lemaire: L’Expo 1910 ouvre la voie à… l’ULB.
Zo hebben de versierde meelzakken ook hun bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de ULB en de vestiging op Solbosch.

Versierde Meelzakken in het Koninklijk Legermuseum, Brussel 1

Inleiding
Onderzoek doen in Brussel stond al maanden op mijn verlanglijstje. Van 19-22 december 2018 was ik in de Belgische hoofdstad. In vier dagen tijd deed ik onderzoek in twee archieven, een documentatiecentrum en bezocht drie musea. Hoogtepunt vormde mijn bezoek aan het War Heritage Institute en diens Documentatiecentrum. Tot mijn grote verrassing kreeg ik er tientallen meelzakken te zien!

Koninklijk Museum voor het Leger en de Krijgsgeschiedenis
Het Museum is een van de locaties van het War Heritage Institute (WHI) en bevindt zich in het Jubelpark in het hart van Brussel.

In het Koninklijk Legermuseum, Brussel

Het bewaart talloze unieke voorwerpen: harnassen, uniformen, kanonnen, maar ook kunstwerken, muziekinstrumenten en er is een reusachtige hal met vliegtuigen. Tien eeuwen geschiedenis zijn bijeen gebracht, van de middeleeuwen tot en met de twee wereldoorlogen.[1]

Het Documentatiecentrum beheert meerdere collecties: archieven, bibliotheek, kaarten en plannen, tekeningen, grafische kunst en foto’s.

Waarom zijn er Meelzakken in de collectie?
Er was geen enkele bemoeienis van het Belgische leger met de voedselhulp aan de Belgische bevolking. Sterker nog, de Duitse bezetter verbood ten enenmale dat er hulp verstrekt zou worden aan militairen of het leger, en zagen daar streng op toe.
Waarom maken meelzakken dan toch deel uit van de collectie van WHI?
Omdat de humanitaire hulp onderdeel uitmaakt van de geschiedenis van de bezetting. Bovendien zijn er mensen die overtuigd zijn dat de dringende en voortdurende roep om humanitaire hulpverlening voor België de bevolking en regering van de Verenigde Staten rijp gemaakt heeft voor diens uiteindelijke militaire toetreden tot de oorlog in april 1917.

Mijn blijdschap: drie meelzakken in één vitrine!

De collectie meelzakken
Het WHI heeft een omvangrijke collectie meelzakken met een interessante verscheidenheid.
Allereerst bekeek ik in het Legermuseum de vitrines van de zaal gewijd aan de Eerste Wereldoorlog en spotte opgetogen drie meelzakken: één bewerkt en twee onbewerkt. Daarna bezocht ik de speciale tentoonstelling ‘De Groote Oorlog Voorbij, België 1918-1928’. Het geeft een indringend beeld van het einde van de oorlog en de wederopbouw van België. Er zijn twee meelzakken geëxposeerd, één bewerkt en één onbewerkt.

Op vrijdagmorgen 21 december nodigde mevrouw Ilse Bogaerts mij uit voor onderzoek in het depot. Mevrouw Bogaerts is in het Legermuseum diensthoofd Collecties en Restauratie-ateliers: Uniformen & Uitrusting, Vlaggen, Kunst, Iconografie, Faleristiek, Muziek.

De computeruitdraai van de inventarislijst was in eerste instantie verrassend: een aantal van 107 items kwam tevoorschijn. Mevrouw Bogaerts zette echter met kennis van zaken resoluut grote strepen door 65 items en verklaarde dat deze items misschien wel op de lijst stonden, maar in werkelijkheid niet in het depot of het museum waren, omdat deze geen vindplaats hadden.
Aan de hand van de inventarislijst kwamen op die vrijdag in het depot 19 meelzakken uit de dozen, 7 bewerkt, geborduurd en verfraaid met kant en franje, en 12 onbewerkt.

Volgens de inventarislijst zijn er nóg 16 meelzakken in depot, waarvan 3 bewerkt en 13 onbewerkt, die studie hebben we bewaard voor mijn volgende bezoek. De collectie meelzakken van WOI in het WHI komt daarmee op een totaal van 40:  12 bewerkt en 28 onbewerkt.

Informatie in de exposities
De informatie over de meelzakken in de exposities is vrij summier, de beschrijving bij de tentoongestelde meelzakken luidt:
‘Amerikaanse zakken bloem/Sacs de farine américain/Bags of American flour’.
Verdere context die gegeven wordt is:
‘Sacs de farine, distribués par la “Commission for Relief in Belgium” en Belgique occupée 1914-18’.

Na-oorlogse affiches met aankondiging van de verkoop van meelzakken

 

 

 

 

 

 

Er hangen twee na-oorlogse affiches met de toelichting:
‘Affiche Amerikaansche zakken. Oorlogsgedenkenis verkocht ten voordeele van de oorlogsweezen./Affiche Sacs américains, souvenirs de la guerre, vendus au profit des orphelins de la guerre./Poster American bags, war souvenirs, sold in support of the war orphans.’

Programma omslag getekend door de kunstenaar Amédée Lynen (1852-1938), 1923

In een volgende vitrine is er meer over te lezen:
De Belgische oorlogswezen zijn vanaf 1914 ondersteunt met aparte programma’s. Het Nationaal Komiteit voor Hulp en Voeding (NKHV) startte in 1915 het Nationaal Werk voor Oorlogswezen (NWOW). Na de oorlog kwam er een wet die het NWOW opdracht gaf voogdijschap en plaatsingen te organiseren, hulp te verschaffen in materiële en morele zin en toe te zien op de gezondheid en de opvoeding van de kinderen. Om geld in te zamelen voor de oorlogswezen zijn verkooptentoonstellingen gehouden, waarbij (versierde) meelzakken een trekker waren voor het publiek en de opbrengst van de verkoop ten goede kwam aan dit goede doel.

In dit blog zoom ik in op drie bewerkte meelzakken in de collectie van WHI.

 1) ‘Amerika redde ons van hongersnood’ (in depot)

Zakken meel met de merknaam ‘Pride of Sylvan’ in de maalderij Sylvan Grove Roller Mills van Wunderlich, Sylvan Grove, Kansas, begin 1900. Foto: “Sylvan Grove Roller Mill,” Recollections Kansas, accessed July 18, 2020
Meelzak ‘Pride of Sylvan’. De oceaanstomer in kleurrijk borduurwerk. Coll. WHI, foto: coll. auteur
Meelzak ‘Pride of Sylvan’, andere zijde geborduurd met hulp schip. Coll. WHI,  nr. 201200473, foto: coll. auteur

Een spectaculair borduurwerk is de oceaanstomer op de achterzijde van een meelzak met het merk ‘Pride of Sylvan’ uit Sylvan Grove, Kansas.

Drie lage stof: meelzak ‘Pride of Sylvan’, geborduurd met schip. Coll. WHI, foto: coll. auteur

Het borduurwerk is op een aparte doek geborduurd en daarna aan de zak vastgenaaid. Het oranje-gele schip is nauwkeurig weergegeven.

 

Foto van het schip de ‘Southpoint’ , het transporteerde hulpgoederen over de Atlantische Oceaan. (Afb. Report ‘The Millers’ Belgian Relief Movement’, 1915)

Het patroon is waarschijnlijk nagetekend van een foto, vier grijze roeiboten varen langszij, de goudgele zon gaat onder, de Amerikaanse vlag wappert in de mast. Voor de borduurster zal het makkelijker zijn geweest om op een eigen borduurdoek, waarvan zij de kwaliteit kende en het borduurpatroon goed zichtbaar was, aan haar borduurwerk te werken.
Het geheel lijkt op een kussenovertrek, waarbij rondom gekleurd koord als verfraaiing diende, het koord ontbreekt, er resten slechts kleine rode en zwarte lussen.

Meelzak ‘Pride of Sylvan’. De tekst geborduurd naast de oceaanstomer. Coll. WHI

De tekst ‘Amerika redde ons van hongersnood’ en ‘1914-1918’ is professioneel geborduurd, zoals een vaandel of banier geborduurd zou zijn.
De tekst geeft aanleiding tot een paar veronderstellingen:
– Het borduurwerk zal gemaakt zijn in Vlaanderen, misschien in Antwerpen, waar kennis van oceaanschepen bij de haven hoorde;
– Dit zal ná de oorlog zijn geborduurd, want het werkwoord ‘redde’ staat in de verleden tijd en bovendien kan de markering 1914-1918 als looptijd van de oorlog pas achteraf zijn gemaakt.

2) The Rockefeller Foundation (in depot)

Versierde meelzak ‘Rockefeller Foundation’. Coll. WHI, inv nr 802731. Foto: coll. auteur

De hulpactie voor bezet België van de Rockefeller Foundation, gevestigd in de staat New York, kende zijn weerga niet. Als eerste hulporganisatie stuurde zij schepen met voedsel- en kledinghulp. In de maanden november en december 1914 zijn vijf oceaanstomers vertrokken uit de VS, ze brachten bijna 23.000 ton hulpgoederen voor een waarde van ruim anderhalf miljoen dollar naar Rotterdam.

Bedankbrief van het Comité National de Secours et d’Alimentation aan de Rockefeller Foundation. Coll. Rijksarchief België, foto: coll. auteur

In het ‘Rijksarchief in België’ te Brussel heb ik een doorslag gevonden van de bedankbrief die het Comité National de Secours et d’Alimentation op 12 december 1914 heeft geschreven, in reactie op de ontvangst van de hulpgoederen, schenking van de Rockefeller Foundation, aan boord van het schip de ‘Massapequa’.

Interessant om een versierde meelzak te aanschouwen die met een van deze eerste zendingen in België zal zijn aangekomen.
De bedrukte tekst op de meelzak van de Rockefeller Foundation luidt:

“American Consul
The Rockefeller Foundation
Belgium Relief
War Relief Donation
Flour
49 Lbs. Net”

Hoewel grauw van kleur is de versiering een sterk staaltje van textielvaardigheid. Het doek is in negen stukken verdeeld, die met fraai kant aan elkaar zijn gezet. Het middenstuk draagt de tekst, in blauw gedrukte letters, daaromheen acht stroken, voorzien van geborduurde vlaggen en de jaartallen 1914 en 1915.

Amerikaanse vlag met restlijnen van het borduurpatroon

Bijzonderheid is de resttekening van het patroon van het borduurwerk van de vlaggen. De borduurster heeft in afwijking van het getekende patroon, de vlag in een andere richting geborduurd. Zo zien we, zowel aan voor -als achterzijde, blauwe restlijnen op het doek.

Vlaamse vlaggen met restlijntjes van borduurpatroon (voorzijde en achterzijde)

 

 

 

 

 

 

 

3) WADENA, Canada (in tentoonstelling)

Ook Canada verleende op grote schaal hulp aan België. Canada maakte onderdeel uit van het Britse Rijk, zodat de oorlogsverklaring aan Duitsland door Engeland in 1914 ook Canada in oorlog bracht met de Duitsers. Toch is de Canadese hulpverlening geen onderwerp van discussie geweest. Na de eerste maanden van de oorlog zijn de hulpacties van lieverlee ingekaderd binnen de organisatie van de door Amerikanen geleide Commission for Relief in Belgium. De Belgische bevolking maakte het onderscheid niet tussen Canada en de Verenigde Staten, de mensen vereerden ‘de Amerikanen’ als hun redders in nood.

Versierde meelzak ‘Wadena’, Saskatchewan, Canada. Coll. WHI, inv nr 4510209, foto: coll. auteur

De speciale tentoonstelling ‘De Groote Oorlog Voorbij, België 1918-1928’ toont een Canadese meelzak uit de plaats Wadena in de provincie Saskatchewan.

In vele kleuren geborduurde tekst, coll. WHI

De Franse tekst luidt:
‘Au Peuple Belge l’Offrande des Citoyens et des Cultivateurs
de la Ville de Wadena Saskatchewan Canada’
(Vertaling: ‘Aan het Belgische volk het geschenk van burgers en graantelers van de stad Wadena Saskatchewan Canada’).

De naam van de meelfabriek en een logo of merknaam van het meel ontbreken op de zak. De bedrukking is een boodschap van burgers en graantelers.

Wadena, toen een gehucht, is tegenwoordig een plaats in de provincie Saskatchewan met 1300 inwoners, even groot -of klein- om een referentie te geven, als het dorp Stad aan ‘t Haringvliet op Goeree-Overflakkee, mijn geboorte-eiland.

Wadena vormde zich in de prairie, een agrarisch gebied, in de begin jaren 1900 en dankt zijn bestaan aan de ligging op een kruising van twee wegen en de aanleg van een spoorlijn. Het woord ‘stad’ is voor deze plaats, zeker in 1914, een eufemisme, maar ook ‘Stad aan ‘t Haringvliet’ voert al jaren trots deze naam…

De geschiedenis van Wadena verhaalt niet over het bestaan van een meelfabriek en de voertaal in dit gebied zal Engels zijn geweest, dus lijkt het aannemelijk dat de bevolking van Wadena in het najaar van 1914 geld heeft ingezameld, verstuurd naar het centrale hulpcomité van de provincie of naar het centrale comité in Montréal en dat door deze de meelzak is bedrukt met de pakkende, Franse tekst. Eenmaal in België en geleegd zal de meelzak vele uren borduurwerk hebben opgeleverd voor wellicht Waalse borduursters, nadat de werkvoorbereider met kennis van (Canadese!) zaken een nauwkeurige lay-out van het patroon en de kleurkeuze van de garens had gemaakt.

Het Canadese Rode Vaandel

Om iets te noemen: De vlag van Canada was officieel de Britse, maar om zich als Canada te onderscheiden was in gebruik het ‘Canadese Rode Vaandel’. Het was een vaandel met in de linkerbovenhoek de Britse vlag op een rode ondergrond, waarin het Canadese wapen stond afgebeeld.

Letters ‘WADENA’ , geborduurd in rood met Britse vlag, coll. WHI

Het borduurwerk volgt de opmaak van het Rode Vaandel mét de Britse vlag in de linkerbovenhoek in ieder van de zes letters ‘Wadena’.

De meelzak, op de keper beschouwd:

‘Au Peuple Belge’ Geborduurd in de kleuren van de Belgische vlag, zwart, geel, rood
‘L’Offrande’ ‘Kleuren van de Amerikaanse vlag’: van boven blauw, daaronder gemengd rood wit
‘Des Citoyens et’ Van boven naar beneden blauw wit rood
‘Des Cultivateurs’ Lichtgroen wit rood, met het groen als hommage aan de graantelers
‘De la Ville’  in rood blauw wit
De letters ‘WADENA’ Geborduurd conform het Canadese Rode Vaandel
‘Saskatchewan’ Van boven naar beneden wit blauw rood
Het streepje Rood-groen
‘Canada’ In de kleur wit met rode dot midden in ieder van de zes letters (een voorbode van de kleuren van de huidige Canadese vlag).

De ‘Wadena meelzak’ is geen toevalstreffer, er is nog een voorbeeld van in een andere (Belgische) collectie, die getoond is tijdens een tentoonstelling in het In Flanders Fields Museum in Ieper.[2] 

We zien hier dat de tekst gedrukt is in blauwe letters.

‘Wadena’ Meelzak met originele bedrukking, getoond in Ieper, 2013. Particuliere coll. UK. Foto: IFFM

Ook deze meelzak is versierd, namelijk beschilderd en geborduurd.
De zak is opengewerkt en heeft aan de binnenzijde een versiering, een zicht op Brussel getekend in een rond frame. De tekening is gesigneerd met ‘Bruxelles 1916’.

Beschilderde meelzak met geborduurde tekst, getoond in Ieper, 2013. Particuliere coll. UK. Foto: IFFM

Grappig genoeg hebben de Vlaamse kunstenaar en borduurster op deze Frans-Canadese meelzak een versiering aangebracht in Engelse tekst met verwijzing naar Amerika:
‘America’s ships come over the sea, Ye Flemish bells ring out with glee’ (‘Amerika’s schepen komen over de zee, Yoho Vlaamse bellen rinkelen met blijdschap‘)

Tot zover mijn indrukken uit Brussel. Later verder!


Ik schreef inmiddels deze andere blogs over de WHI-zakkencollectie:
1) ‘ROSABEL’ in het War Heritage Institute
2) Versierde Meelzakken in het Koninklijk Legermuseum, Brussel 2
3) Een kist waardevolle oorlogssouvenirs in het War Heritage Institute


Dank
Mijn hartelijke dank aan de medewerkers van het War Heritage Institute in Brussel, in het bijzonder mevrouw Ilse Bogaerts, om mij gastvrijheid te bieden voor mijn zakkenonderzoek.

Voetnoten:
[1]De officiële opdracht luidt:
“Het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis is een federale wetenschappelijke instelling (FWI) van tweede categorie en een staatsdienst met afzonderlijk beheer (SAB). Het bevordert de kennis van de militaire geschiedenis en de geschiedenis van de conflicten, in vredestijd én in oorlogstijd, aan de hand van het unieke en rijke militaire patrimonium dat het met zijn verschillende sites beheert.
Dat erfgoed is roerend, onroerend en immaterieel. Met het oog op een langdurige conservatie worden de verzamelingen op professionele en wetenschappelijke wijze beheerd, gevrijwaard, bestudeerd, geïnterpreteerd en uitgebreid.”

[2]‘Remembering Herbert Hoover and the Commission for Relief in Belgium’, In Flanders Fields Museum, Ieper, 16 maart – 20 mei 2013.

‘ROSABEL’ in het War Heritage Institute

Het onderscheid tussen ‘onbewerkte’ en ‘bewerkte’ meelzakken is een essentieel kenmerk voor verzamelingen meelzakken in WOI. Amerikaanse hulpverleners hebben honderdduizenden zakken met meel tijdens de Groote Oorlog in bezet België gedistribueerd aan de bevolking. De katoenen zakken waren voorzien van belettering en logo’s met aanduiding van de maalderijen in de Verenigde Staten en Canada.

Na leging zijn de meelzakken in België zorgvuldig bewaard, verkocht of overgedragen voor goede doelen wat resulteerde in:

* Onbewerkte zakken: de geleegde meelzakken bleven origineel, zoals ze waren, katoenen zakken met bedrukking van letters en/of logo

* Bewerkte zakken: de geleegde meelzakken zijn bewerkt in scholen, door œuvres, thuiswerksters, in naaiateliers, borduurateliers, syndicaten, kunstenaars en hun verenigingen:

  • Tot kleding
  • Tot kussenhoezen, tafelkleden, wandkleden, theemutsen, tasjes, schorten, etc. met versierende textieltechnieken zoals borduren, naaldwerk, (klos)kant, franje, linten
  • Tot schilderingen/schilderijen.

Belgische borduursters en kunstenaars ervoeren de bedrukking op de zakken als patronen, die ze konden gebruiken en bewerken. Toevoegingen in het borduurwerk kwamen uit modellenboeken en van bestaande of nieuw gemaakte patronen. Het thema van de Belgische versieringen en beschilderingen was vooral patriottisch van aard, door liefde voor het vaderland gemotiveerd: nationale vlaggen, schilden, de Vlaamse leeuw, de Waalse haan, de Amerikaanse adelaar, de kleurkeuze van garens, franje en lint, etc. Ook waren graanhalmen en ‘dank u’ teksten populaire decoraties. Jaartallen getuigen van de hunkering naar het voorbij zijn van de oorlog.

De triomfboog in het Jubelpark, Brussel, voltooid in 1905. Een zuilengalerij opzij van de triomfboog leidt naar de ingang van het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis.

 

War Heritage Institute, Brussel

Onlangs heb ik in Brussel het War Heritage Institute (WHI) bezocht, de locatie van Het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis in het Jubelpark. Het WHI beschikt over een uitgebreide en zeer diverse collectie meelzakken van WOI, zowel onbewerkte als bewerkte. De collectie inspireerde me tot het schrijven van dit blog.

 

 

Onbewerkte meelzak ‘Rosabel’, 12 Lbs, coll. WHI nr. 4101859, foto: auteur

‘ROSABEL’

Onbewerkte meelzak ‘Rosabel’, 24 Lbs. Coll. WHI, inv.nr. 1107148, foto: auteur

In de collectie zijn exemplaren aanwezig van twee onbewerkte en een bewerkte, versierde, meelzak afkomstig uit dezelfde maalderij Millbourne Mills in Pennsylvania, voorzien van eenzelfde merknaam met logo ‘ROSABEL’.

 

Bewerkte bloemzak ‘Rosabel’, geborduurd, kant, 12 Lbs. Coll. WHI, inv.nr. 200200306, foto: auteur

 

 

 

 

Op de bewerkte meelzak is zorgvuldig het logo geborduurd. Het beeld is van een jonge vrouw, in haar rechterarm houdt ze een schoof aren vast, aan haar linkerarm hangt een mand met twee broden. Een brede rand geklost kant van waaiers en hartjes is rondom aangezet.

 

Don (schenking) R. Hendrickx 13 juli 1982

De bloemzak is een schenking geweest aan het WHI door R. Hendrickx op 13 juli 1982, volgens notitie op de achterzijde.


Millbourne Mills Company
Op zoek naar de herkomst van de meelzakken van de maalderij ‘Millbourne Mills’ in de plaats Millbourne in de staat Pennsylvania heb ik op de ‘Delaware County Pa. History Website’ historische informatie gevonden over de maalderij en het merk Rosabel.

Het is de bedrijfsbrochure uit 1888 en bevat 24 pagina’s, inclusief voorblad. De titel luidt:
Millbourne Mills Company: Its Antecedents and Present Operations, and its exhibits in the Civic and Industrial Processional Display at Philadelphia, September 15th, 1887, in commemoration of the Centennial Anniversary of the Adoption of the Constitution of the United States. 1888.’

Na het schutblad is er een grote, uitvouwbare, foto van de maalderij.

De maalderij Millbourne Mills, Millbourne, aan de Cob’s Creek, Pennsylvania, 1887 (Afb. uit besproken brochure).
De beeldmerken ‘Millbourne’, ‘Rosabel’ en ‘Semper Idem’, in gebruik in 1887 (Afb. uit besproken brochure).

De brochure beschrijft de ontwikkeling van het bedrijf van 1787 tot 1887, de ligging aan Cob’s Creek, de rivier die voor waterkracht zorgde, het ras sterke paarden dat het graan aanvoerde, vervolgens het meel afvoerde, tot 300 barrels per dag, richting Philadelphia. En vandaar per trein verder.
De eigenaren waren John Sellers jr (4egeneratie in de Sellers familie) en Nathan Sellers.
De brochure spreekt van een revolutie in hun bedrijfsvoering in die tijd.

Tussen 1887 en 1914 zal dit zijn voortgezet. In ieder geval is het spoor doorgetrokken tot Millbourne. Begin 1900 waren de broers Fred en George Shane en W.J. Wilson eigenaar van Millbourne Mills. In 1927 is de maalderij in Millbourne gesloten.

Het beeldmerk ‘Rosabel’, voorloper van het beeldmerk op de Meelzakken in WHI (Afb. uit besproken brochure).

In 1888 voerde Millbourne Mills Co. drie merken: het A-merk ‘Millbourne’, het B-merk ‘Rosabel’ en het C-merk ‘Semper Idem’.

Over Rosabel zegt de brochure:
It is eminently a highly satisfactory family flour’.
(‘Het is bij uitstek een zeer bevredigend meel voor het hele gezin).

Het beeldmerk Rosabel in 1888 is de voorloper van het merk, zoals op de bloemzakken gedrukt, een jongedame, zij staat in de deuropening met een mand vol broden in de hand, de schoof graanhalmen staan links naast de deur.

Nieuwe verpakkingen komen ook aan de orde:

Een span van vier Clydesdale paarden trekt een vracht meel van Millbourne Mills verpakt in ‘muslin sacks’ (katoenen zakken) op weg naar afnemers in Philadelphia en omstreken. (afb. uit besproken brochure).

Oorspronkelijk ging het meel in houten vaten met een inhoud van 1 barrel, is gelijk aan 196 Lbs. Lbs staat voor ‘pound’ en 1 pound is gelijk aan iets minder dan onze pond, namelijk 0,45 kg. Met de komst van stevig textiel en papier door de industrialisatie waren er katoenen en papieren zakken beschikbaar met inhoud van 1/8 barrel (24,5 Lbs) en 1/16 barrel (12,25 Lbs).
Op de twee onbewerkte meelzakken in WHI staat een inhoudsmaat van 12 resp. 24 Lbs, op de bewerkte meelzak een inhoudsmaat van 12 Lbs.

Details Meelzakken ‘ROSABEL’

Detail onbewerkte meelzak ‘Rosabel’. Coll. WHI

Op de details van meelzakken ‘Rosabel’ in het WHI is goed te zien hoe de bedrukking van de zak voor de borduurster het borduurpatroon is geweest. De bedrukking is nauwkeurig gevolgd.

 

Detail bewerkte meelzak ‘Rosabel’. Coll. WHI

De kleur van de garens is door de borduurster gekozen, op basis van de garens die zij beschikbaar had, maar vooral ook om patriottische elementen aan te brengen.
Zij borduurde met de kleuren zwart, geel en rood de ronde boog als Belgische omranding en met de kleuren rood, wit en blauw het portret en de naam Rosabel als hommage aan Amerika.

De jaartallen 1914-1915 zijn geborduurd met een rode draad, rood garen was populair, ruim voorradig en bovendien een signaalkleur met uitstraling van de wens dat de bezetting en de oorlog spoedig zouden eindigen.
Rood garen was ook geliefd voor het gebruik om kleding en ander textiel te voorzien van een naammerk. Een gebruik dat is gebleven. Ook tegenwoordig zijn geweven naamlabels voornamelijk in rode letters en cijfers op een witte ondergrond uitgevoerd.

Aankomst in België
Met welk transport en wanneer de zakken met bloem ‘Rosabel’ in België zullen zijn aangekomen is niet met zekerheid te zeggen.

Statement van de Commission for Relief in Belgium over de oceaanstomers met hulpgoederen, vertrokken uit de VS. Het schip ‘Industry’ is op 1/1/15 vertrokken met ‘Pur., Don. from Penn. and Rock.’

Wel is mijn vermoeden dat het zal zijn geweest met het schip ‘Industry’, dat op Nieuwjaarsdag 1915 is vertrokken uit Philadelphia met 5362 ton tarwe(meel) en hulpgoederen aan boord voor een waarde van $ 336.500 geschonken door de staat Pennsylvania, waar Millbourne Mills gevestigd was, en de Rockefeller Foundation.[1]

Meer bloemzakken ‘Rosabel’ in België

Versierde meelzak ‘Rosabel’, 12 Lbs, in collectie Frankie Van Rossem (Afb. Frankie van Rossem)

Door mijn onderzoek heb ik ook andere bloemzakken Rosabel in België gevonden.
De bewerkte zak op naaststaande foto is te zien in Bezoekerscentrum Hippo.War in Waregem en maakt onderdeel uit van een particuliere collectie in België. De zak is bijzonder professioneel geborduurd, het volledige beeldmerk is bedekt met gekleurd garen in glanzende tinten. In vergelijking met de meelzak in het WHI zijn de toevoegingen van de borduurster de woorden ‘Relief for Belgium’, de jaartallen 1914 1915 en de zilveren sterren.

Een geborduurde meelzak Rosabel, afgezet met blauw en rood-wit band, voorzien van het jaartal 1916, is onderdeel van een thee/dienblad.

Versierde meelzak Rosabel, 1916, 12 Lbs, geborduurd, houten thee/dienblad met glas. Foto Sara Leroy, coll. Bebop. Thans Coll. Lizerne Trench Art
Bloemzak Rosabel, geborduurd. Coll. Lizerne Trench Art

Een onbewerkte meelzak Rosabel is opgenomen op onderstaande collage foto afkomstig van het In Flanders Fields Museum in Ieper. ‘Rosabel’ verschuilt zich ietwat in het midden van de meelzakken-collage.

Collage onbewerkte bloemzakken in WOI . Foto: SA Belge de Phototypie. Coll. IFFM

Meer meelzakken ‘Rosabel’ in de Verenigde Staten

Meelzak Rosabel, 12 Lbs, kussenhoes, geborduurd, ‘Hommage de la Belgique Reconaissante’, lint, diam. 25 cm. Coll. HIA, foto: coll. auteur

In de VS bewaart de Hoover Institution Archives in Palo Alto, Ca., diverse exemplaren bewerkte meelzakken Rosabel. Een is een geborduurd kussentje van 25 cm doorsnee; een ander is geborduurd in Roeselare, prov. West-Vlaanderen, met de tekst: ‘I come back from Roulers (Belgium) with Many Thanks’.

Versierde meelzak Rosabel, 12 Lbs, geborduurd in Roulers/Roeselare. Coll. HIA. Foto: EmM
Bloemzak ‘Rosabel’, getransformeerd tot doosje (links) en kussentje (rechts) door leerlingen van Ecole Bischoffsheim, Brussel, 1915. Coll. HHPLM, foto’s: auteur

De Herbert Hoover Presidential Library-Museum (HHPLM) in West-Branch, Iowa, heeft 10 geborduurde meelzakken ‘Rosabel’ in de collectie.

Conclusie

  • Anno 2019 bevatten de collecties van musea, instellingen en particulieren wereldwijd zowel onbewerkte als bewerkte meelzakken.
  • De onbewerkte meelzakken vertellen via de bedrukking van teksten en logo’s het verhaal van de meelfabrieken en de gulle gevers in de VS en Canada en dat de meelzakken in België geraakten en bewaard zijn.
  • De bewerkte zakken vertellen dit verhaal ook en geven daarenboven het Belgische verhaal over de bezetting in WOI, de hoop en wanhoop van de Belgische bevolking, vooral meisjes, vrouwen en kunstenaars, zoals zij nijver, handvaardig en ook artistiek toevoegingen maakten aan de meelzakken in hun uitdrukking van behoefte aan werk, patriottisme en erkentelijkheid voor de ontvangen hulp.

Mijn uitgangspunt voor onderzoek is de ‘Versierde Meelzakken in WOI’, dat zijn de bewerkte meelzakken. De onbewerkte meelzakken maken evenzeer deel uit van mijn studie, omdat zij het verhaal van de bewerkte meelzakken dragen, aanvullen en accentueren. Immers, iedere bewerkte meelzak is in België aangekomen als onbewerkte meelzak.

De collectie onbewerkte en bewerkte meelzakken van het War Heritage Institute met de drie meelzakken ‘Rosabel’ is zeer divers en vormt een waardevolle verzameling ‘(Versierde) Meelzakken in WOI’ voor studie en interpretatie.

 


Ik schreef inmiddels deze andere blogs over de WHI-zakkencollectie:
1) Versierde Meelzakken in het Koninklijk Legermuseum, Brussel 1
2) Versierde Meelzakken in het Koninklijk Legermuseum, Brussel 2
3) Een kist waardevolle oorlogssouvenirs in het War Heritage Institute


Dank
Mijn hartelijke dank aan de medewerkers van het War Heritage Institute in Brussel, in het bijzonder mevrouw Ilse Bogaerts, om mij gastvrijheid te bieden voor mijn zakkenonderzoek.

Voetnoot:
[1]Schema overgenomen uit: ‘Relief Work for the Victims of the War in Belgium Report on donations received and shipments made to Belgium since the Work was started up to February 5th, 1915 by H. Prud’homme, Honorary Treasurer. Montreal, February 5th, 1915.’

 

Vlaamse Topstukken, cultureel erfgoed

‘Versierde Meelzak in WOI’, collectie In Flanders Fields Museum, Ieper, onderdeel verzameling Topstukken (afb. In Flanders Fields Museum).

In het kader van de herdenking in 2014-18 van de Groote Oorlog 14-18 zijn  Versierde Meelzakken opgenomen op de Vlaamse Topstukkenlijst. De stukken zijn cultureel erfgoed en dermate uniek dat ze blijvend zijn beschermd.

Hoeveel Versierde Meelzakken zijn het? Hoe zien ze eruit? Waarom zijn ze erkend als Topstuk?

Lees het artikel hier.

Beschilderde Meelzakken in de ‘Moulckers Collection’ 1

Belgische kunstenaars beschilderden meelzakken, ontvangen via de internationale voedselbevoorrading. Een prachtige verzameling foto’s in een Flickr album getuigt hiervan. Deze foto’s zijn uit Amerikaanse bron: de St. Edward’s University in Austin, Texas, bewaart de ‘Captain and Mrs. Albert Moulckers Collection’, een collectie van minstens 32 beschilderde meelzakken. 

Linzee Kull McCray fotografeerde met assistentie van stafmedewerkers van de Munday Library, St. Edward’s University, Austin, Tx, de Captain Albert and Mrs. Moulckers Collection, 1 maart 2023. Foto’s: Linzee Kull McCray, Travis Williams

Bloemzakken met schilderingen blijken een aparte categorie binnen de ‘Versierde Meelzakken in WOI’. Ze staan op naam, de makers zijn te identificeren via hun handtekeningen en het jaartal, ook de ongesigneerde schilderingen dragen onmiskenbaar het handschrift van de kunstenaar.

U kunt het artikel hier lezen.

Afbeelding: Versierde Meelzak in WOI’ in de Moulckers Collection met schildering van Gaston Haustraete, 1915 (afb. St. Edward’s University, Austin, Texas).

 

Blogs verschenen over de Moulckers collectie beschilderde bloemzakken zijn:

  1. Beschilderde meelzakken in de ‘Moulckers Collection’ 1
  2. The Captain and Mrs. Albert Moulckers Collection 2
  3. Meelzakken van Belgische schilders in San Francisco – Moulckers Collection 3
  4. Belgische schilders in Texas – Moulckers Collection 4
François Maréchal ‘Hiercheuses’, Liège, 22 Juin 1915. Schets op meelzak. Moulckers Collection St. Edward’s University, Austin, Texas.

 

Hartelijk dank aan:
Linzee Kull McCray, Iowa City, Iowa, quilt-expert en auteur van ‘Feed Sacks, the colourful history of a frugal fabric’, 2017, voor de fotografie van de Moulckers Collection in de Munday Library, St. Edward’s University.
– Travis Williams en zijn collega Mary, Munday Library, St. Edward’s University, Austin, Texas.

Een Bekende Vlaamse Meelzak in Het Land van Nevele

‘Versierde Meelzak in WOI’, detail, collectie heemkundige kring Het Land van Nevele, Hansbeke (afb. auteur)

Dit is mijn tweede artikel over een versierde meelzak in WOI.

De hoofdpunten in het artikel zijn:

  • De Versierde Meelzak van de heemkundige kring Het Land van Nevele is in uitstekende staat, is veel in de publiciteit gebracht en krijgt van mij de titel ‘Bekende Vlaamse Meelzak’.
  • De identiteit van de Meelzak is bekend en dat is bijzonder: de bewoners van Caldwell, Kansas, schonken meel, de zak kwam in maart 1915 naar België via de hulpactie van het vakblad ‘The Northwestern Miller’ in Minneapolis.
  • De geschiedenis van de bewerking van onbewerkte meelzak tot Versierde Meelzak blijft onderwerp van verdere studie.

U kunt het artikel  hier lezen.

 

‘Nederlandse belangstelling voor ‘meelzak’ Eerste Wereldoorlog uit Landegem’

‘Versierde Meelzak in WOI’, detail, collectie heemkundige kring Het Land van Nevele, Hansbeke (afb. auteur)

De heemkundige kring Het Land van Nevele bewaart in haar collectie een fraai geborduurde zak met een rand van kloskant in het Erfgoedcentrum in Hansbeke.

Ik was er op bezoek voor het bestuderen van deze Amerikaanse zak. Het Nieuwsblad gaf aandacht aan het bezoek: ‘Nederlandse belangstelling voor ‘meelzak’ Eerste Wereldoorlog uit Landegem’.

Lees hier het artikel online in Nieuwsblad.be

A Canadian flour bag and embroidery of proud Belgian women

Decorated flour sack from WWI, 1915, collection Textile Research Center, Leiden; photo: author

This is my first article about a decorated flour bag from WWI, written in June 2018.

The Flour Bag has been part of the collection of the Textile Research Center (TRC) in Leiden, The Netherlands, since 2017 and was a gift from Pepin van Rooijen of Pepin Press, Amsterdam.

Gillian Vogelsang-Eastwood, director of TRC, wrote on the occasion of the donation about the “Belgian Embroidered Flour Bags”.

You can read the English translation of my article here.

 


Original flour sack PEACE MAKER -1914- in the Royal Military Museum

PEACE MAKER, Campbell & Ottewell, Edmonton, Alberta, Canada, 1914. Coll. WHI, photo: author

The War Heritage Institute in Brussels holds an original flour sack PEACE MAKER, Campbell & Ottewell, Edmonton, Alberta, Canada, 1914, in the collection of the Royal Military Museum. The cotton flour bag is in poor condition, but clearly recognizable.

PEACE MAKER, detail flour sack. Coll. WHI, photo: author

The printing in red and blue colors shows the brand name ‘Peace Maker’ and the contours of the wings of the dove of peace (WHI Box 10 LOT 410 1856 to 410 1887).

 

 

 

Embroidered Flour Sack WHITE ROSE -1915- in Belgian private collection

WHITE ROSE, detail embroidered flour sack, 1915. Photo: author

Canadian mill Campbell & Ottewell, Edmonton, Alberta, also supplied bagged flour with the brand name WHITE ROSE. There is a well embroidered example in a Belgian private collection; the embroidery threads are in the Belgian colors red, yellow, black and the American colors red, white, blue; the cloth is all around finished with a lace edge.

WHITE ROSE, Campbell & Ottewell, Edmonton, Alberta, Canada, embroidered flour sack, 1915. Private coll. Belgium, photo: author
Translate »